Reizen per trein is bijzonder rustgevend. Het rustig – of snel – voorbijglijdende landschap vormt een groot onderdeel hiervan. Veel reizen per trein voeren langs rivieren, door dalen of stedelijk gebied. In Nederland ziet met vooral weilanden, met daarin vele koeien, schapen of ander vee. Ieder land heeft op die manier een eigen sfeer. In ons kleine landje is het treinreizen zoals ik dat graag doe vrijwel onmogelijk. De enige ‘Nederlandse’ trein die in de buurt komt, IC Berlijn, is één van de belangrijkste verbindingen naar het oosten. Wie in Amsterdam instapt, hoeft zich gedurende de ruim 6 uur durende reis niet te vervelen. Comfortabele stoelen, stopcontacten en catering aan boord maken het al snel een aangename reis. Een ruime twee uur na vertrek uit de hoofdstad komt men aan in Bad Bentheim, het eerste station in Duitsland. Omdat de Nederlandse en Duitse locomotieven aardig van elkaar verschillen, wordt de gele NS-locomotief vervangen door een DB-rode. Dit schouwspel is altijd leuk om naar te kijken.
Naar goed Duits gebruik is bier zeker aanwezig in deze treinen. In het barrijtuig, te vinden naast de 1e klasse, zijn koffie en thee, snacks, frisdranken, bier en wijn en een simpele avondmaaltijd te vinden. Het eten aan boord is niet bijzonder, maar voldoet prima om tijdens de reis naar Berlijn de maag goed gevuld te houden.
Vanuit Berlijn is het kiezen. Vanuit hier kan men door vrijwel heel Europa reizen. Bestemmingen als Praha, Frankfurt, Zürich en Warszawa zijn vanuit hier eenvoudig te bereiken. Vanuit Nederland is Berlijn de perfecte tussenstop voor een overnachting, of een overstap op verschillende nachttreinen naar onder andere Malmö, Wien, Paris of zelfs Moskva! Berlijn is door haar veelzijdigheid een bijzondere stad, die nog altijd goed te herkennen is als de stad die in tweeën gedeeld was tot eind jaren 1980.